Onzekerheid
Als horecaondernemer maak je best wat mee. Een vriendengroep van vijf personen, waarvan de grootste twee bij twee meter, tegen je zegt: “Als jij ons niet meer tapt, dan pak ik het zelf wel even.” Over mijn lijk vriend, gaat niet gebeuren. En al zijn jullie met vijf en ik alleen, het gebeurt gewoon niet. Dertig seconden later vlogen de glazen letterlijk door de lucht. Elke keer als ik bukte, hoorde ik weer een glas achter mij tegen de muur kapotgaan. Aan het einde van de rit waren alle glazen die op de bar stonden kapot.
Maar hey, ik heb geen drankje meer voor die vijf man ingeschonken. Zou liever sterven. Zo sterk stond ik in mijn schoenen. Of de biker die na maanden weer binnenkomt met een vriend: “Doe mij even twee bier”. “Nou, zullen we eerst even je vorige rekening betalen die je hier nog hebt liggen?” “Ik betaal de helft. Geef nu twee bier.” “Ik geef jou helemaal niks! En ik tap hier toch ook geen halve glazen?” Zijn maatje: “Wat doe je nou moeilijk man, geef gewoon die twee bier!” “Als je mij kent zou je weten dat je never nooit wat gaat krijgen hier!” Tuurlijk vond ik dat soort momenten eng en was ik soms bang. Maar je zag het niet. Nooit! Wie betaalt, die bepaalt, en ik betaalde de huur, niet zij. Achteraf denk ik dat het middelengebruik ervoor zorgde dat ik zo kon doen en zo kon reageren. Het doofde ook mijn angst.
Hoe anders is het nu? Ik voel me zo onzeker, om en over van alles, soms op het laffe af. Ik durf niks meer. Mijn ambulante begeleidster vroeg me waaraan ik dat het meeste merkte. Nou, als ik als eerste voor een stoplicht sta en het stoplicht springt op groen, dan geef ik gas. Daarna kijk ik of de auto achter me ook doorrijdt. Als dat zo is, was het inderdaad groen. Als het niet zo is denk ik: fuck, het was toch groen? Maar ik merk het ook op andere vlakken in mijn leven. Op sportgebied bijvoorbeeld. Ik ben dertig jaar voetbaltrainer geweest. Vooral op jeugdvoetbal. En ik durf best te zeggen dat ik daar vrij goed in was. Zoals ik mijn kinderen opvoedde. Ja is ja, nee is nee, goed is goed, en fout is fout. En doe je het goed, zeg ik dat je het goed doet. En doe je het fout, dan ga ik niet zeggen dat je het goed doet. Wat leer je dan? Nu merk ik dat ik steeds vaker mijn mond hou. Ook op mijn vrijwilligerswerk merk ik het: ik hou mijn mond te vaak. Ik vlucht liever weg dan dat ik een discussie aanga. Onzeker, bang om een ander te kwetsen. Ik ontvlucht de situatie, wat ook een beetje door mijn autisme komt, en krijg vervolgens de bagger over me heen. Geen punt, alles beter dan spanning.
En hoe moet het dan met mijn liefdesleven? Pfff, daar durf ik al helemaal niet aan te denken. In gebruik durfde ik rustig tegen een dame te zeggen: jeetje, wat ben jij mooi! Nu denk ik: wat ben je mooi, maar zeg niks. Want ja, ik ben Patrick, ik ben verslaafde in herstel en sinds die tijd onzeker. Ik ben wel trots op mijn herstel en verzwijg dat ook niet, maar ja, onzeker ben ik wel. Ik weet ook niet of ik het nog wel kan hebben, iemand om me heen. Heb afgelopen week een neefje te logeren gehad. Een knaap van 19 en een echte puber. Niks opruimen en het liefst voor elk frisje een nieuw glas. Ik had er last van, vooral wat betreft mijn ritme. Niet alleen moest ik poepie doen met de deur dicht, die normaal lekker open staat, maar weer die onzekerheid. Hij moest elke dag naar zijn werk, ging op tijd naar bed. Ik merkte aan mezelf dat ik zelfs daar zo onzeker van werd, dat ik bijna niet naar de wc durfde te gaan in mijn eigen huis. Om gek van te worden, die onzekerheid. Moet ik dit blog wel insturen, of zal ik …… ?
2 reacties op “Onzekerheid”
Geef een reactie
Gerelateerd
- Blog: wij zijn Tactus
- Tactus in Beeld
- Tactus in Beeld
Kippenvel heb ik weer bij het lezen van jou blog. Ik hou van die kwetsbaarheid, zo puur en echt, prachtig🤍
Erg mooi om te lezen hoe open je bent over je onzekerheid. Zoals ik het leest maakt dit je juist sterker. Super krachtig dat je dit met ons deelt.